25 dingen die ons opvallen aan het leven in Warschau

We beginnen te wennen aan het leven hier – Joost doet zich in winkels zelfs al voor als local met zijn Poolse ‘hallo’ en ‘tot ziens’. Ondanks dat het day-to-day life (hoe zeg je dat ook alweer in het Nederlands? Haha grapje) niet veel verschilt van het Nederlandse, vallen deze (vaak random) dingen ons op. 

1. Overal kun je lody (= ijs) krijgen. In elke straat is wel een kraam of winkel te vinden. Benieuwd of daar hartje winter ook nog animo voor is.

2. De Polen hechten veel waarde aan herdenken en (Roomse) rituelen die daarbij horen. Om de paar honderd meter ligt wel een krans en bij elk heiligenstandbeeld branden een paar kaarsjes.

3. Straatartiesten zijn vaak niet écht heel goed – en des te komischer. Och wat lach ik me rot om de panfluitist die elke dag weer op een ander pleintje ‘Hallelujah’ staat te fluiten. En daarbij heeft Warschau echt de meest creepy ballonverkoper die ik ooit heb gezien.

4. De ondergrondse tunnels onder drukke kruispunten door zijn mijn favoriete spots. Winkels met lelijke vintage kleding, duistere schoenenzaakjes en felverlichte kapperszaken. Zo random en hilarisch.

5. Er is heel veel te doen voor expats. Ik krijg Spaanse les in het Engels, ik drink koffie met vrouwen van over de hele wereld (veel Amerikanen trouwens), onze kerk zit vol met expats en Erasmusstudenten en als we willen kunnen we elke avond wel naar een of andere activiteit voor internationals. Fijn dus.

6. Ze hebben hier iets met amber, of beter gezegd: amberkleurig barnsteen. In Stare Miasto, het oude centrum, is bijna de helft van alle winkels een ‘world of amber’ waar ze kettingen, oorbellen, broches of gewoon losse stenen verkopen.

7. Het OV is prima, de bussen rijden op tijd – maar iedereen maakt vooral veel gebruik van Uber. Wij houden het voorlopig bij de OV-fiets van Veturilo (die helaas in de wintermaanden wordt weggehaald).

8. Het kraanwater is goed drinkbaar, wel ruikt het een beetje naar chloor.

9. Op zich heb je in de supermarkten en winkelcentra alles wat je nodig hebt (inclusief ‘Edamski’-kaas en rare pindakaas), maar het eerste dat ik ga doen zodra ik weer in Nederland ben is een KROKET eten. Die mis ik.

10. Vrijwel alles is hier goedkoper dan in Nederland, behalve wijn en speciaalbier. Die moeten natuurlijk van ver komen want Poolse wijn smaakt nergens naar.

11. Geen touw aan vast te knopen, die Poolse taal. Joost leert wat woordjes en doet daar stoer mee op straat, maar een heel gesprek zal-ie niet gaan voeren binnen zes maanden (vertelt elke expat die ik spreek).

12. Er wordt niet echt rekening gehouden met fietsers in het verkeer. Soms houdt een fietspad ineens op, ik houd m’n hart vast als auto’s keihard voorbij scheuren en vaak kan je het beste gewoon op de stoep fietsen, ook tegen de richting (en mijn principes) in.

13. Desondanks is Warschau een hele veilige stad. Geen groepen duistere types die herrie schoppen of je naroepen – tot nu toe nog geen ervaringen mee gehad in ieder geval (en dat hoor ik meer vrouwen zeggen).

14. En het is een schone stad: de vele witte gebouwen en lichte straten doen ook al veel voor een fris straatbeeld, maar je ziet weinig afval en viezigheid in het centrum.

15. Als je in een klein supermarktje staat, moet je geen haast hebben: alles gaat hier lekker op z’n Boni’s. De caissières spreken hier vaak ook geen Engels dus ik maak geen vrienden.

16. Ieder Pools kind moet in Warschau zijn geweest; die conclusie trekken we uit die vele vele schoolklassen die elke dag weer door het centrum huppelen. Te herkennen aan hun groene capejes, gele hesjes of, zoals op onderstaande foto, rode sjerpjes.

17. Alles gaat in plastic zakjes. De vrouw voor me in de supermarkt had serieus acht plastic zakjes gebruikt voor al haar verschillende groentes.

18. Flyers. Voor veel restaurants in het centrum staat er iemand, vaak een oudere man of dame, flyers uit te delen alsof het niets is. Vaak zijn het voor de typisch Poolse restaurants.

19. Een typisch Pools gerecht is ‘pierogi’, gevulde dumplings. Je kunt kiezen voor een gebakken of gekookte variant; in het eerste geval moet je een sterke maag hebben. 🙂

20. Om die pierogi en andere Poolse gerechten te eten, moet je bij Zapiecek zijn; een restaurantketen waar de serveersters in klederdracht lopen en waar binnen een gezellig truttig sfeertje heerst.

21. Ze zijn trots op de Poolse keuken, maar je kunt hier ook veel en goed Italiaans eten. En Belgisch (serieus: je hebt veel kraampjes met ‘frytkie Belgijskie’ en ‘wafles Belgijskie’). Voor alle keukens onder één dak moet je in Hala Koszyki zijn, de markthal van Warschau.

22. De parken zijn echt opvallend mooi hier, zelfs nu de bomen kaler worden. Een must-see is Łazienki Park.

23. Genieten: de bankjes met Chopin-muziek die verspreid zijn door het centrum. Ziet eruit als een gewoon stadsbankje, maar als je op een knopje drukt klinkt er een Chopinmelodie. Geweldig.

24. Er staan veel informatieborden op straat waar een stuk geschiedenis wordt uitgelegd. Denk ik tenminste, want de teksten zijn vaak alleen in het Pools. Jaartallen en foto’s kijken dan maar.

25. Gebruiksaanwijzingen op producten zijn overigens ook vaak niet in het Engels vertaald; wel in het Sloveens, Litouws en Hongaars.

Tot zover onze bevindingen van de stad in de eerste maand dat we hier wonen. Mocht je binnenkort ook naar Warschau komen, dan ben ik benieuwd of je het herkent! (Laat dat sowieso weten, dan drinken we een kop koffie :-)).

Gerelateerde berichten

Type uw zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven